Eind 2022 mochten we dit prachtige TCM koppel interviewen, Dôpey en Angie. Twee mensen die helemaal verweven zitten in de Chinese geneeskunde. Naast hun gespecialiseerde praktijk in Rotterdam ook uitgebreid actief binnen het grotere veld van TCM. Onder andere met hun activiteiten binnen de beroepsvereniging Zhong, het beroemde Dutch – TCM – congress en hun TCM community. Een leerrijk interview met een bijzonder specialisatie in sportgeneeskunde.
INTERVIEW Dôpey Calor en Angie Calor-Man
Hallo mijn naam is Angie Calor-Man. Ik kom oorspronkelijk uit Amsterdam en heb daar acupunctuur en kruidenleer gestudeerd aan Shenzhou. Samen met mijn man Dôpey Calor hebben wij een praktijk in Rotterdam. We hebben twee zonen van 20 en 19 jaar oud, waarvan de oudste nu eveneens acupunctuur studeert. Chinese geneeskunde zit bij ons in de familie zou je kunnen stellen.

Via mijn moeder ben ik in aanraking gekomen met Chinese geneeskunde. Ik had last van RSI en was bij Dôpey onder behandeling. Tijdens zo’n behandeling besloot ik op zoek te gaan naar informatie over voedingsleer gebaseerd op de Chinese geneeskunde. Ik heb van huis uit al veel praktische kennis over voeding meegekregen maar leer graag bij.
Allereerst ben ik toen een voedingscursus gaan volgen bij Jutta Koehler aan de Total Health Academy. Vijf elementen voedingsleer was dat. Vanuit mijn Chinese achtergrond merkte ik dat ik al heel veel van die materie in mij droeg. Dat was erg leuk om te ervaren. Na die cursus had ik honger naar meer en al snel was ik ingeschreven voor de Foundation of Chinese Medicine.
Vervolgens ben ik een drietal jaar kookworkshops gaan geven voor ik mezelf in de acupunctuur heb gestort. De herbologie kwam er meteen na. Ook daar weer merkte ik dat mijn Chinese opvoeding een groot voordeel was voor het beheersen van de stof.

Hallo mijn naam is Dôpey. Ik heb allereerst rechten gestudeerd en daarna tandtechniek. Ik was eigenaar van een Tandtechnicus Laboratorium gespecialiseerd in het vervaardigen van prothesewerk, kronen en bruggen. Erg precies werk dus.
Met als gevolg dat ik RSI kreeg. Ik ging met mijn elleboogklachten naar de fysiotherapeut maar dat mocht niet baten. Een vriend van mij echter deed acupressuur. Hij duwde op een paar plekjes en ik voelde het meteen stromen. Ik was erg onder de indruk en was meteen dermate overtuigd dat ik zelf op onderzoek ging. De wereld van massage ging voor me open. Via Thailand en China kwam ik bij tuina en shiatsu terecht. Op die manier kwam ik in aanraking met de meridianen en zo kwam ik op het idee om Chinese geneeskunde te studeren.
Oorspronkelijk begon ik met huis aan huis bezoeken. Daarbij deed ik echt nog puur manuele therapie. Massage en met name acupressuur. Zodra ik de overstap maakte naar acupunctuur heb ik een praktijkruimte gehuurd. Dat was in eerste instantie in Kralingen. De locatie waar we nu zitten, hebben we drie jaar. De kruidenopleiding heb ik samen met Angie gedaan.
De acupunctuur en kruiden heb je in Nederland gedaan maar bij de Tuina hoor ik je Thailand en China zeggen. Was daar een groot verschil in qua opleiding hier?
In China heb ik zelf niet de hele opleiding gedaan inderdaad. Die duurt zes jaar fulltime waarvan de eerste twee jaar algemeen geneeskunde. Daarna kies je welke specialisatie je opgaat. Westers of traditioneel Chinees. Zelf merkte ik dat veel studenten neurologie kozen omdat het wel Westers is maar toch dichter bij de Chinese aanpak ligt.
Omdat het vanwege mijn gezinssituatie onmogelijk was fulltime daar te studeren ging ik een paar maanden per jaar. Uiteindelijk heb ik al mijn tuina specialisatie daar afgerond. Thaise Medische Massage (acupressuur) heb ik in Thailand gedaan. Daar heb ik een goede basis ingelegd en vervolgens kennis opgedaan van zowel noord als zuid stijl.
In dat systeem werk je eveneens met meridianen, net als bij shiatsu en tuina dus. Alleen de Thaise versie heeft 10 oppervlakkige hoofd-energiebanen ten opzichte van 12 in TCM. De Thaise medische kant neigt overigens net iets meer naar het Ayurvedische systeem dan naar TCM. Dat is niet zo gek gezien ze linguistisch evenees dichter bij elkaar liggen. Wat betreft massage is het echt een plus dat ik die verschillende stijlen beheers. Ze vullen elkaar aan en het geeft me een hele brede toolbox wat betreft oosterse manuele therapie.
Vinden jullie het belangrijk voor jullie praktijk dat je dat brede aanbod hebt van tuina, acu en kruiden? Wat voor meerwaarde heeft dat?
D: Dat heeft een enorme meerwaarde. Maar dat is vrij logisch. Het zijn namelijk de drie pijlers van de klassiek Chinese geneeskunde: tuina, acupunctuur en kruiden. In West Europa en Noord Amerika hebben ze dat gesplitst. Daarbij is acupunctuur echt de fakkeldrager geworden van het hele TCM verhaal. Misschien om het makkelijker te kunnen implementeren in het Westerse systeem. Als je echter kijkt naar Azië dan zie je dat al die onderdelen bij elkaar horen.
Jullie hebben die uitgebreide toolbox en hiermee specialiseren jullie zich in de begeleiding van sporters?
D: Klopt. Ikzelf heb altijd veel gesport. Daarbij beoefende ik verschillende takken van sport en had ik gewoonweg een uitgebreid netwerk binnen de sportwereld. Op die manier is dat een beetje vanzelf gegroeid. Mensen kennen je en weten op een gegeven moment van het bestaan van je praktijk. Zo kreeg ik heel veel ervaring met de begeleiding van sporters en groeide de specialisatie natuurlijk.
Als sporters naar een fysio of acupuncturist gaan lopen ze vaak tegen het probleem dat ze zich niet helemaal begrepen voelen. Dat is niet zo gek, want die therapeut kent de sport te weinig. De specifieke bewegingen of blessures die bij zo’n sport horen. Daarnaast zijn er weinig therapeuten die echt weten hoe ze met een getraind lichaam om moeten gaan.
Er komen hier allerlei sporters. Powerlifters, bodybuilders, basketbal, voetbal, hardlopers, tennis, baseball, … noem maar op. Met veel van die sporten heb ik hands on ervaring. Er komen hier met name veel krachtsporters en dat is echt mijn specialiteit. Dat heb ik zelf jarenlang intensief beoefent.

Dat betekent dat je te maken krijgt met zwaar getrainde lichamen, overdreven spiermassa. Dat is een stukje waar veel therapeuten moeite mee hebben. Die meeteenheden van je opleiding zijn hier helemaal niet meer van toepassing. Daarnaast is het zo dat dit soort sporten heel specifieke blessures kennen. Die blessures begrijp ik door en door want ik ben er zelf zo vaak tegenaan gelopen.
Je zegt, ze zijn niet gewend om om te gaan met zo’n getraind lichaam, de meeteenheden zijn anders. Hoe beïnvloedt dat je puntkeuze of de manier van lokaliseren?
Kijk die tepel bv. is veel verder verwijderd van de middellijn dan bij een regulier persoon. Je kunt die instructie voor de maagmeridiaan dus niet zomaar klakkeloos overnemen. Er is natuurlijk wel een soort conversie die je kunt doen maar dat heb je ook als iemand super mager is of net heel groot. Je moet blijven nadenken. Palperen is belangrijk. Vaak geeft de persoon zelf wel aan waar je moet zijn. Palpatie is echt super belangrijk. Dat betekent dat je je anatomie op orde moet hebben. Naar mijn mening is dat een stukje waar we binnen de TCM nog veel vooruitgang kunnen maken. Daar wordt immers bitter weinig aandacht aan besteed binnen de opleiding in het Westen. Niet alleen vanuit een Westerse optiek maar specifiek vanuit die TCM aanpak. Dat is bij elk persoon belangrijk maar bij getrainde lichamen des te meer.
Het spier-peessysteem is enorm belangrijk. Dat krijgt veel te weinig aandacht in de opleiding. Daarnaast zou je kunnen werken met videomateriaal waarbij aan de hand van dissectie getoond wordt hoe die spieren en pezen nu echt lopen, hoe dat eruitziet en hoe dat werkt. Ontleding van het lichaam. En vervolgens met een TCM bril kijken daarnaar. Je kijkt waar de punten liggen en wat daar daadwerkelijk onder ligt. Wat gebeurt er als een spier contraheert? Hoe beïnvloedt dat de pees of de spier, of net dat acupunctuurpunt. Dat is een groot voordeel van eerst tuina of massage te doen. Je leert werken met een lichaam. Sommige acupuncturisten hebben erg weinig kennis van het menselijk lichaam of hebben zelden iemand echt aangeraakt. Dan wordt het natuurlijk ook erg moeilijk om naalden te zetten. Je komt meer obstakels tegen. Dat is het gevolg van puur theoretische en met plaatjes te werken in de plaats van hands on.
Jij hebt die tuina achtergrond niet Angie – merk je daar inderdaad die obstakels?
Zeer zeker. Daarom laat ik de sportklachten ook voor Dôpey. Ik heb daar gewoon te weinig ervaring in. De cliënt verdient de best beschikbare behandeling en die ligt in dat geval bij Dôpey. De vertaalslag die ik altijd maak is die naar de kruidenleer. Dat is reflexmatig, net zoals Dopey van nature iemands anatomie doorziet.
Kruiden zijn echter een essentieel onderdeel van de Chinese geneeskunde. Kruiden werkt in bepaalde gevallen beter dan (alleen) acupunctuur. Je kunt kruiden echt voor heel veel klachten inzetten. Niet alleen voor de hand liggende interne aangelegenheden maar ook voor zoiets als een frozen shoulder.
Wat voor sportklachten kom je zoal tegen?
Dat hangt af van de periode van het jaar. Afhankelijk van de fase waarin de sporter zit. Bijvoorbeeld als er veel powerlift wedstrijden zijn, dan krijg ik die over de vloer voor een gedegen voorbereiding. Je kunt namelijk TCM inzetten om een atleet sterker te maken. Een soort boost zeg maar. Vaak denkt men bij geneeskunde alleen aan blessure gerelateerde behandelingen. Zo komt men vaak bij ons terecht. Dan ziet men dat het werkt en beseffen ze dat er misschien wel meer mogelijk is. Van blessurepreventie tot optimalisatie in het teken van een wedstrijd. Een soort van legale doping zeg maar. Die voorsprong wil men dan doortrekken ook buiten het wedstrijdseizoen.
Kun je dat eens uitleggen, hoe je zo’n sporter ondersteunt in de voorbereiding naar een wedstrijd?
Wij werken hier best veel met professionele atleten. Dat betekent dat ze een programma hebben en een coach. Omdat ik zelf veel powerlifting heb gedaan weet ik hoe zo’n voorbereiding eruitziet. Ik weet waar ze het over hebben als ze met specifiek vakjargon aankomen. Zo kan ik beter corrigeren, tips geven. In hun uitvoering van oefeningen om te voorkomen of begrijpen hoe die blessure er in eerste instantie gekomen is. Het is dus naast behandeling zeker ook een stukje coaching. Dat gebeurt als het ware spontaan. Doordat ze inzien dat je hen begrijpt nemen ze je zelf mee dieper in het verhaal. Sommigen laten bijvoorbeeld filmpjes zien van een training of wedstrijd. Zo krijg ik nog meer inzicht. Vervolgens help je ze met cupping of acupunctuur om ze los te krijgen. Ontspannen maar niet te want dat is niet optimaal zo vlak voor een wedstrijd.
Die voorbereiding. Is dat vlak voor een wedstrijd, een paar weken op voorhand. Hoe moet ik dat zien?
Vaak heb je het dan over de weken ervoor. Vanaf drie tot vier dagen voor de wedstrijd niet meer. Soms zie je bijvoorbeeld wel eens dat iemand een zwakke schouder heeft en die doet dan een bankdrukwedstrijd. In de weken daarvoor help je die persoon dan om de schouder te optimaliseren. Die pezen sterk maken zodat ze de belasting aankunnen. Electro-acupunctuur is daar een heel geschikte techniek. De hele boel stimuleren.
Maar naast dergelijke preventieve acties kun je behandelingen afstemmen op het trainingsschema. Als je weet wanneer ze willen pieken dan ga je vlak voor zo’n training heel de boel los maken. Dat vereist echter wel weer die diepgaande anatomische kennis. Je moet weten hoe die spier samentrekt en welke spieren precies ingezet worden bij een beweging als bankdrukken bijvoorbeeld. Alleen dan weet je waar je moet gaan werken met je electro-acupunctuur. Als topsporter is dat echt super interessant. Niet voor niets komt de top van Nederland hier over de vloer.
Is zoiets geïntegreerd in de topsportwereld of ben je daar een unicum in?
Helaas ben ik daar inderdaad eerder een enkeling in. Het is zeker niet geïntegreerd in de topsport. Zeker niet in de mainstream sporten zoals voetbal. Nu behandel ik wel voetballers, maar dan vanaf de 1e divisie en daaronder. Ere divisie spelers die zien we hier doorgaans niet. Dat komt vaak omdat ze een bepaalde professionele begeleiding hebben en die zien liever niet dat de spelers buitenshuis behandelingen ondergaan ook al is er hier en daar wel een enkeling tot op eigen initiatief zoiets opzoekt. De clubs zijn er echter meestal niet zo blij mee. Die zijn daar erg behoudend in.
Dat is natuurlijk niet anders dan de integratie van TCM in het reguliere medische circuit. Bij voetballers gaat het echter niet zozeer om de voorbereiding naar een wedstrijd. Die zijn er immers elke week en er kan van alles gebeuren in zo’n wedstrijdseizoen. Bij hen gaat het vaak om blessures en dan met name knie klachten. Ook hier weer is electro-acupunctuur een super middel om in te zetten. Net zoals bij een tenniselleboog of golfarm. Met peesklachten werkt electro erg goed, zolang je maar de juiste frequentie hebt.
Kun je daar iets meer over vertellen – over die electro-acupunctuur?
D: Met electro-acupunctuur stimuleer je sterker dan gewone acupunctuur. Niet alleen dat, de contractie van spieren gebeurt via neuronen, dat is een verhaal van elektrische ladingen die overspringen. Daarbij dien je goed te letten op je positief en negatief, je wil alles in één richting stimuleren. Verder doe je wat je met reguliere acupunctuur ook doet. Je stimuleert en de circulatie komt op gang. Voor peesklachten is het specifiek goed omdat net daar die circulatie minder is. Die pezen hebben een sterkere stimulans nodig. Vandaar electro. Wat belangrijk is bij electro acupunctuur is de frequentie die je gebruikt. Je hebt bijvoorbeeld een grote spiergroep die vastzit. Dan is de contractie van de spier hard en geleidelijk aan komt die los. Naarmate de spier losser komt, zal de bewegingsuitslag groter worden. Daarbij dien je geleidelijk het volume en de frequentie lager te zetten. Uiteraard betekent dat niet dat electro beter is voor alles. Hele yin klachten of mensen met weinig qi ga je niet op die manier behandelen. Maar een sporter, die heeft een heleboel qi. Electro zorgt er namelijk voor dat de qi verspreid (disperced) – die sporter kan dat hebben, een deficiënte persoon minder. Die behandel je dan weer beter met kruiden.
Hoe kun je vanuit de kruidenleer iemand ondersteunen?
A: Dat hangt natuurlijk af van de klacht. Wat ik wel merk is dat hier in Nederland mensen pilvorm gewoon zijn. Een lagere dosering dus die je langzaam in het systeem brengt. Iemand die laag in energie zit kan dat makkelijk verdragen. Ruwe kruiden, koken en dan drinken, 2maal op een dag. Dat kunnen de meeste personen hier niet aan, het zou er terug uit komen. Je wil met kruiden dus met name ook gaan nadenken in welke vorm je de kruiden wenst toe te dienen. Daarbij onderscheid je drie types: de ruwe kruiden, de granules en de pilvorm. Granules zijn poedervorm die je in water oplost. Voor veel mensen is ook dat nog lastig, vandaar dat pilvorm de meest gebruikte vorm is. Granules kun je eventueel in veggiecaps stoppen waardoor je een tussenvorm krijgt. Dat zijn onze drie meest voorkomende types kruideninterventie: pil, granule of veggie cap. Ruwe kruiden gebruiken we zo goed als nooit tenzij het om producten gaat die je als voeding kunt inzetten. Wat we wel doen met ruwe kruiden is balsems maken. Specifieke balsems voor sporters. Dat soort balsems kent men vnl. van de tijgerbalsems. Onze op maat gemaakte formule is veel milder voor de huid en werkt een stuk dieper in. Daarmee kun je verschillende kruiden inzetten naargelang het doel wat je beoogt.
Wat voor pasta’s maken jullie? Stel ik heb knieklachten – kun je daar wat voor maken? Wat moet ik me daarbij voorstellen?
Je kunt bv. balsems op verschillende sterktes maken. Balsems voor of tijdens het sporten en na het sporten. De balsems worden niet zoals de bekende tijgerbalsem heel heet of koud. Ze werken met name dieper in om de pezen goed te laten doorbloeden. Dat sterke effect van de bekende tijgerbalsem is eigenlijk niet meer dan een commerciële truck. Mensen willen iets voelen, dan werkt het in hun beleving. Zulke balsems werken veel minder diep in. Daarbij is zo’n balsem vrij agressief. Zoiets kun je niet dagenlang smeren.

Maar je kunt inderdaad balsems maken voor specifieke klachten of zones. Een bepaald kruid trekt een welbepaalde meridiaan in. Dus door middel van het selecteren van specifieke kruiden, bepaal je de werking van de balsem. Wil je met de balsem meer naar de onderrug, schouders of ledematen? Een balsem maken is echter erg veel werk. Het komt dan ook zelden voor dat ik echt specifiek voor één persoon speciaal een balsem ga maken. Ik kijk naar wat de meest voorkomende klachten zijn en daar maak ik dan een balsem op. Als de klacht acuut is wil je die balsem bij de hand hebben. Je hebt dan geen tijd om die nog te maken.
Hoe ziet zo’n productieproces er uit?
Voor een vloeibare kruidenformule gebruiken we een speciale grinder om ruwe kruiden tot heel fijn poeder te vermalen. Dit wordt dan getrokken in alcohol of olie. Voor een balsem gebruiken wij naast kruiden, essentiële olie en lokale bijenwas. Bij de bijenwas laat je die na het vermengen uitharden.
Wij gebruiken in verhouding tot bv. een tijgerbalsem relatief veel kruiden. Daarbij weten we exact wat we erin stoppen en weten we dus ook precies wat de werking zal zijn. Bij veel tijgerbalsems is dat toch anders omdat het een minimaal aan kruiden bevat en hier moet je de producent erop vertrouwen. Daarmee is het veel minder doelgericht dan de balsems die wij gebruiken.
Als ik het zou samenvatten dan kun je kruiden inzetten op verschillende manieren. De ruwe kruiden, wat jullie zelden doen vanwege het belastende karakter. De granules, pilvorm en veggiecaps. Daarnaast heb je balsems en essentiële oliën. Zeg ik dat goed?
Je vergeet nog de tinctuur. Das is dan weer met als basis alcohol. Meestal is dat op basis van vodka en één kruid. Je laat het kruid erin trekken en vervolgens wordt het veelal druppelsgewijs toegediend. Die maken we echter niet zelf. Wat we wel zelf maken op basis van alcohol is een Dit Da Jow (Kantonees) ofwel Die Da Jiu (Mandarijn). Dat is meestal witte / chinese wijn en een combinatie van kruiden, maar kan ook met olie gemaakt worden. Deze wordt vervolgens rechtstreeks op de huid gebruikt of met een compress. Bij de essentiële olie dien je na het proces de olie eruit te trekken wat betekent dat je erg veel kruiden nodig hebt, liefst vers want dan trek je het meeste eruit. Dat is dus best een duur proces. Daarom produceren we niet alle oliën zelf. Als we weten dat er een kwalitatief goede olie voor een specifiek doel bestaat dan kopen we die gewoon in. Waar balsems veelal worden ingezet bij vermoeide spieren of andere spier pees klachten, gebruik je de oliën bij het verwerken van trauma. Blauwe plekken, kneuzingen, … Dat soort behandelingen haal ken ik zelf met name op de alcoholbasis maar omdat olie veelal smeerbaarder is geven veel mensen daar de voorkeur aan. Met alcohol heb je het bijkomstige effect dat het erg verwarmend is vanwege de aard van alcohol.
Jullie zijn ook actief met een TCM Community—kun je daar wat meer over vertellen?
Het voordeel van met sporters te werken is dat je veel social media exposure krijgt. Het is toch vaak een wat jongere doelgroep die heel actief is op deze media. Zo is het ontstaan dat ik best veel volgers kreeg, ook internationaal. Mensen zien wat we doen en gingen vragen stellen. Vanuit mezelf deed ik al veel interviews met professionals. Gewoon om zelf te leren. Toen ik steeds meer vragen ging krijgen over al die onderwerpen kreeg ik het idee om al die kennis die wij verzamelden beschikbaar te stellen voor iedereen. Zo is TCM community ontstaan. Een onpartijdig platform waar iedereen kan leren over TCM.
Voor wie is deze community bedoeld?
In eerste instantie was de insteek dat het voor therapeuten zou zijn. Ondertussen hebben we dat uitgebreid naar studenten TCM en uiteindelijk evolueert het waarschijnlijk zo dat we ook een stuk publieke informatie willen gaan opzetten. Althans die trend zien we nu ontstaan. Wij willen met TCM Community laten zien dat ons vak deskundig en professioneel is. Dit kunnen we naast ons platform ook doen met events. Eerder dit jaar was ons proefstuk aan de beurt. Dat was heel goed verlopen en we kregen tal van positieve feedback. Het idee is dat we dergelijke events over het hele land zullen opzetten. De insteek is daarbij om professionals samen te brengen, van elkaar te leren en op die manier een stukje het publiek onderwijzen. Wat we belangrijk vinden is dat de TCM community een eenheid gaat vormen. Die eenheid moet zorgen voor een betere integratie binnen de reguliere zorg. Denk maar aan het doorverwijzen vanuit de fysio of arts. Dit streven naar eenheid en integratie zien we ook binnen onze beroepsvereniging NVTCG Zhong waar wij betrokken zijn bij de organisatie van het jaarlijkse Dutch TCM Congress.

Hebt u nog 3 tips voor het bevorderen van gezondheid en welzijn?
1. Voeding is een sleutel van gezondheid. Niet alleen wat je eet, maar in relatie tot de seizoenen, de vijf elementen leer, … Probeer daarbij voeding niet te zien als vorm van dieet maar als levenswijze.
2. Bewegen is een tweede sleutel. In combinatie met ademhaling is dat een ware zegen. Dat hoeft daarom niet altijd body-mind zijn zoals yoga en qigong. Zwemmen bv. is een uitstekende sport die het hele lichaam in beweging zet en het ademhalingsstelsel optimaal activeert. Het is overigens een erg veilige vorm van bewegen in relatie tot blessures.
3. Babysteps – zowel in voeding als beweging. Stap voor stap een gezonde leefstijl aanmeten. Niet in één keer alles omgooien maar rustig aan. Lees je in, maak die kleine stapjes en voor je het weet is je leefstijl veel meer afgestemd op dat wat jij nodig hebt.
.